Gerrit deelt zijn auto in Merelbeke

Hoe lang doe je al aan autodelen?

Gerrit: Ik deel mijn auto al sinds eind 2016, vijf jaar dus!

Hoe ben je ermee in aanraking gekomen? (via pers iets over gelezen, via vrienden/buren, enz.)

Gerrit: Ik ben actief op zoek gegaan naar een manier om mijn auto te delen, omdat ik de auto eigenlijk als een ‘plan B’ zag om op mijn nieuwe werkplek te geraken. Dat was zo’n 20km van huis, maar ik wilde dat toch vooral eerst met een speed pedelec proberen.

Dégage was (en is) de grootste particuliere deelorganisatie in het Gentse, en hun concept, hun succesverhaal, en de degelijk onderbouwde werking en administratie spraken me direct aan. Dégage werkt met open groepen: ieder lid (of eigenaar!) kan met élke auto rijden, en het is vooral kostendelend: wie rijdt betaalt pro rata mee voor alle kosten gerelateerd aan de auto: dat omvat afschrijving, verzekering, keuring, onderhoud, en tenslotte energiekost (benzine, diesel, CNG, of elektriciteit).

Mooi meegenomen is ook dat je als eigenaar een heel duidelijk idee krijgt van de kost van je autobezit: je krijgt elk kwartaal op je afrekening de kilometerprijs van je wagen te zien met die verschillende kosten.

Men denkt bij een autokost vaak aan de brandstof of de jaarlijkse verzekering, maar als je het hele plaatje optelt, dan blijkt dat een auto gemakkelijk 20 a 30 cent per kilometer kost (en nog veel meer als je weinig rijdt). Dat was toch een eye-opener! Tegenwoordig kan iedereen dat narekenen en vergelijken op savewithcarsharing.be.

Wat zijn voor jou de grootste voor- en nadelen van autodelen?

Gerrit: De voordelen van autodelen zijn zelfs alleen maar gegroeid, voor mij!

Initieel ging het over kosten recupereren en zorgen dat ik geen ton metaal als versiering op mijn oprit staan had. Als ik die auto behield, dan moest die rijden – daarvoor is die tenslotte gebouwd! En uiteraard als plan B voor woonwerkverkeer op de zwaarste regen of ijzeldagen.

Inmiddels heb ik ook een heel leuke ‘community’ leren kennen van autodelers, ook van andere organisaties zoals Partago, CozyWheels, of BattMobility. Mensen die bewust omgaan met hun mobiliteit of hun impact of voetafdruk op de wereld. Dat had ik nooit kunnen vermoeden toen ik me aansloot.

Ik heb onder de ontleners van mijn auto bijzonder veel interessante mensen uit mijn buurt leren kennen, gaande van muzikanten en toneelmakers, leerkrachten, waaronder een die gepassioneerd backpacker blijkt te zijn, of iemand die ‘bushcraft’ lessen geeft. Maar er zijn ook binnen- en buitenlandse studenten bij, of bewonderenswaardig gedreven en sociaal geëngageerde gepensioneerden. Zonder twijfel is voor mij dat sociale aspect – nieuwe buren leren kennen – een groot voordeel van autodelen geworden, want hoewel ons gezin hier al een tijdje woont, zijn wij niet uit de streek.

Nog een voordeel: als lid van een deelorganisatie, en ook als eigenaar dus, kan je allerlei auto’s gebruiken. Mijn auto is te klein om een wasmachine te vervoeren, dus heb ik al eens een camionette geleend daarvoor. Eens een pretpark bezoeken in een elektrische auto van iemand anders, om te zien hoe dat gaat? Ja, ook gedaan, meer dan eens zelfs – wat een leuke ervaring!

Als ik dan aan nadelen moet denken… Ook al ontzorgt Dégage als vzw hoofdzakelijk de eigenaar, toch komt er bij het “eigenaar zijn” in een deelorganisatie wel wat administratie bij kijken zoals autosleutel-afspraken maken en om het kwartaal de kilometerstanden checken. Dit naast de gewone zaken die iedereen wel kent: onderhoud en jaarlijkse keuring regelen.

Maar de voordelen wegen toch nog door als ik de balans opmaak!

Veel Vlamingen huldigen nog altijd het principe ‘mijn wagen, mijn vrijheid’. Geven autodelers een stukje van die vrijheid op? Hoe zie jij dat?

Gerrit: Ik snap dat. Een auto is een geweldige uitvinding, het is comfortabel, bij momenten snel, en je kan er makkelijk mensen en zaken mee verplaatsen. Maar het neemt ook openbare ruimte in beslag, we hebben recent het emissieschandaal van dieselgate gehad, en we zitten ook met de klimaatcrisis. We betalen dus voor die vrijheid, en niet enkel in centen.

Zoals de meeste autodelers beschouw ik daarom de auto als een van verschillende mogelijke vervoersmiddelen, het is geen standaardkeuze meer. Door de auto wat vaker te laten staan kunnen we zelf een impact maken – en bij autodelen voel je dat ook direct in je portefeuille: want hoe minder je rijdt, hoe minder je ook betaalt. Zelfs met je eigen auto, dus.

Maar dat is nu net het leuke van autodelen: je kiest zelf wanneer je een auto gebruikt: je hebt dus eigenlijk nog steeds 95% van de vrijheid die een autobezitter heeft, en soms zelfs iets meer (want je beschikt ook over auto’s in alle maten en gewichten, ook met trekhaak bijvoorbeeld).

In Merelbeke moet je tegenwoordig zelfs niet meer ver om een deelauto te vinden – dat kan nu al vaak te voet. Wel zie ik nog kansen voor deelauto’s in bepaalde wijken (de buurt van het Paus Johannescollege lijkt me er eentje) of in de zuidelijke deelgemeenten: in Schelderode, Munte, Melsen zijn er nog geen deelwagens.

De enige vrijheid die je verliest is dat je een heel klein beetje moet vooruit denken. Als gebruiker, maar ook als eigenaar van een deelauto dien je bijvoorbeeld je auto te reserveren in het online platform, zodat de auto als ‘bezet’ getoond wordt, en je achteraf geen ontleners moet teleurstellen. Want we willen dat de ontleners ook echt kunnen rekenen op onze vloot. Sommige mensen gebruiken een deelauto een paar uur, anderen zijn 3 weken op zomervakantie ermee: dat kan allemaal – en is heel betaalbaar. Dat is toch vrijheid?

Mensen die hun verplaatsingen niet goed kunnen plannen of hun auto dagelijks nodig hebben zijn wel minder geschikt om te autodelen. Hoewel je gerust last-minute een auto kan lenen (ook je eigen auto :-)) –  is het toch gebruikelijker om een paar dagen of weken op voorhand een auto te ‘reserveren’. Zeker in de vakantieperiodes worden deelauto’s druk gebruikt, en is vroeg plannen belangrijk, of je moet als ontlener wat verder fietsen om je deelwagen op te halen.

Autodelen zit nog altijd in de lift, hoe zie je zelf de toekomst van het autodelen?

Gerrit: Door het bestaan van deelauto’s in onze buurt, kunnen we keuzes maken die we anders niet zouden kunnen maken… het is dus een verrijking van het mobiliteitsaanbod – voor iedereen, aan faire prijzen.

In straten met hoge parkeerdruk op openbare parkeerplaatsen, en die hebben we in Merelbeke ook, biedt autodelen een mogelijkheid om de parkeerdruk net te verlagen… op voorwaarde dat buurtbewoners die gaan gebruiken natuurlijk. Via het parkeerbeleid in zo’n wijken kan de gemeente hier nog een duwtje in de rug geven aan autodelen – van lagere parkeerdruk profiteert namelijk iedereen, ook mensen die zelf niet-autodelen.

Voor jonge nieuwkomers in onze gemeente betekent autodelen dat ze niet direct een auto hoeven te kopen als ze die nog niet hebben.

Nu, Merelbeke is Gent of Antwerpen niet, maar toch denk ik dat er ook hier nog veel potentieel is, bijvoorbeeld als we de 2e gezinswagen in vraag durven stellen: gebruiken we die nog veel? Die staat misschien in de weg, en toch blijft de verzekering doorlopen… wat kost dat?

Zeker met het thuiswerk dat meer ingeburgerd geraakt sinds de Coronacrisis losbarstte, stellen mensen zich terecht vragen over de kost van die stilstaande auto. Autodelen kan die kost helpen drukken, wat ruimte vrijmaken, en in ruil krijg je er (bij particulier autodelen) een leuk netwerk van buren bij!

Merelbeke kende de laatste jaren trouwens al een erg sterke groei en telt nu al 20 deelwagens in totaal – maar het potentieel is eigenlijk nog veel groter volgens mij. Hoe groot? Dat bepalen we allemaal samen!